Om Nederland ook in de toekomst een open, vrije en welvarende samenleving te laten zijn moet het nieuwe kabinet ingrijpen. Onze digitale veiligheid en digitale autonomie staan onder druk en daarmee ons maatschappelijk en economisch welzijn. De cyberweerbaarheid van ons land moet 'chefsache' (zeer belangrijke kwestie) zijn.
Daarom verdient het regie op het hoogste politieke- en ambtelijke niveau en een aanpak waarbij publiek, privaat en wetenschap elkaar versterken. Nederland moet de krachten bundelen en werken aan één cyberweerbaarheidsstrategie met een meerjarenprogramma zodat we onze ambities kunnen verwezenlijken, ons kunnen wapenen tegen cyberaanvallen en onze digitale autonomie kunnen verstevigen. Hiervoor is een investering nodig van €833 miljoen, bovenop de huidige uitgaven en budgetten voor cyberweerbaarheid.
Conclusie Cyber Security Raad
Dat is de conclusie van de Cyber Security Raad (hierna de raad) uit het CSR Adviesrapport ‘Integrale aanpak cyberweerbaarheid’ dat vandaag is gepubliceerd. Alleen met een integrale aanpak en de gevraagde investeringen voor cyberweerbaarheid kunnen we in Nederland beschermen wat ons dierbaar is.
Digitale veiligheid moet op het hoogst bestuurlijke niveau worden belegd zodat het daadwerkelijk chefsache wordt. Op dit moment is de cyberweerbaarheidsketen in Nederland niet op alle punten even sterk. Hierdoor ontstaan er lacunes en gebreken waardoor de cyberweerbaarheid van Nederland op diverse onderdelen zwakheden vertoont. Cybercriminaliteit in Nederland neemt steeds verder toe en de georganiseerde misdaad en statelijke actoren vormen een permanente dreiging. Ook is er sprake van een groeiende afhankelijkheid van grote buitenlandse marktpartijen. Hierdoor kunnen we niet altijd garanderen dat wij de enigen zijn met toegang tot onze vitale systemen en data. Er staat dus veel op het spel.
Integrale aanpak cyberweerbaarheid
De raad roept het komende kabinet daarom op om in te zetten op een integrale aanpak van onze cyberweerbaarheid. Publiek-private samenwerking is daarbij essentieel. Voor de veiligheid van ons land, de economie en maatschappij is het cruciaal dat cyberweerbaarheid topprioriteit krijgt. Digitale veiligheid moet chefsache zijn, zowel bij de overheid als het bedrijfsleven.
Het CSR Adviesrapport ‘Integrale aanpak cyberweerbaarheid’ bevat concrete (strategische) en op korte termijn te nemen maatregelen om onze cyberweerbaarheid zo snel mogelijk op het noodzakelijke niveau te krijgen, inclusief de benodigde investeringen hiervoor. In het advies staan vijf speerpunten centraal, te weten regie op samenwerking en informatiedeling, weerbare vitale processen, versterking onderzoek en onderwijs, realiseren van cybercrime-handhavingsketen en zorgplicht van leveranciers voor veilige producten en diensten voor burgers, bedrijfsleven en overheid.
Samenwerking
Cyberweerbaarheid moet chefsache zijn en het nieuwe kabinet is aan zet. De raad adviseert het nieuwe kabinet om in plaats van een Minister Digitale Zaken direct een ministeriële onderraad digitale zaken in te richten, waar cyberweerbaarheid en digitale autonomie integraal aan de orde wordt gesteld. Deze onderraad moet steunen op een interdepartementale strategische overlegkoepel, met daarin alle ministeries die raakvlakken hebben met cyberweerbaarheid. Er moet één cyberweerbaarheidsstrategie komen, inclusief een meerjarenprogramma. Op basis hiervan moet het budget worden verdeeld zodat de betrokken overheidsorganen hiermee hun werk kunnen inrichten.
De raad adviseert daarnaast het nieuwe kabinet om voor de langere termijn te verkennen hoe het besturingsmodel zo kan worden ingericht dat overheden, inclusief de decentrale overheden, bedrijfsleven en wetenschap gezamenlijk kunnen werken aan één nationale cyberweerbaarheidsstrategie. Omdat hiervoor naar alle waarschijnlijkheid wetswijziging nodig is, vraagt dit meer tijd.
Informatiedeling
Ook de informatiedeling over cyberdreigingen moet worden verbeterd. Een van de belangrijkste instrumenten om de cyberweerbaarheid van organisaties en burgers te verhogen, is hen snel te informeren wanneer hun IT-systemen kwetsbaarheden vertonen of gehackt zijn. De infrastructuur hiervoor moet snel worden verbeterd. Voor een effectieve, integrale aanpak van dit complexe probleem is een versterking en verbetering van de samenwerking tussen publiek, privaat en wetenschap op tactisch en operationeel niveau cruciaal. Het vraagt om een gezamenlijke inspanning om tot oplossingen te komen. Informatiedeling over cyberdreigingen en -kwetsbaarheden is daarbij een belangrijk onderdeel van de oplossing. Daarom pleit de raad voor een snellere vorming van een volwassen landelijk dekkend stelsel van informatieknooppunten (LDS).
Een veilige basis
Om te zorgen dat burgers, bedrijven en overheid minder kwetsbaar zijn in het digitale domein, pleit de raad voor extra aandacht en steun voor onze vitale processen en het verhogen van de snelheid waarmee deze cyberweerbaar wordt gemaakt. Dit beperkt de kans en impact van cyberaanvallen op het hart van de maatschappij. Iedereen moet kunnen vertrouwen op de digitale veiligheid van ICT-producten en -diensten. De raad adviseert daarom extra aandacht voor zorgplichten voor veilige hard- en software. Samen met gerichte handvatten en informatie biedt dit ondersteuning om burgers en mkb digitaal vaardiger en veiliger te maken.
Versterken cybercrime-handhavingsketen
Cybercriminelen mogen niet langer vrijuit gaan. De handhavingsketen op cybercrime dient aanzienlijk te worden versterkt. De capaciteit van reeds betrokken partijen, zoals de Nationale Politie, Openbaar Ministerie Koninklijke Marechaussee, moet snel uitgebreid worden en publiek-private samenwerking moet structureel worden ingericht en gesteund.
Kennispositie
Er wordt in Nederland onvoldoende geïnvesteerd in onderzoek, onderwijs en innovatie voor onze cyberweerbaarheid. Dit heeft als gevolg dat wetenschappelijk en maatschappelijk Nederlands cybertalent vertrekt naar het buitenland (braindrain) en dit draagt verder bij aan het huidige tekort aan voldoende gekwalificeerde specialisten in het cybersecuritydomein. Nederland moet inzetten op een ecosysteem waarin op hoog niveau onderzoek naar cyberweerbaarheid wordt uitgevoerd en gevaloriseerd. Door gerichte investeringen in onderzoek, start-ups en een cybercurriculum in relevante opleidingen kan de huidige academische braindrain een halt worden toegeroepen en kunnen we beschikken over voldoende gekwalificeerd personeel. Zo bouwen we aan een Nederland dat zelf de kennis in huis heeft om ook in de toekomst digitale dreigingen af te slaan. Ook adviseert de raad om in het curriculum van het primair en voortgezet onderwijs met spoed digitale geletterdheid in te voeren en dit onderwerp los te koppelen van een algehele herziening van het curriculum.
Over dit adviesrapport
De raad heeft het CSR Adviesrapport ‘Integrale aanpak cyberweerbaarheid’ opgesteld in opdracht van de (nu demissionair) minister van Justitie en Veiligheid. De raad is gevraagd advies uit te brengen over de benodigde investeringen in cybersecurity voor de komende kabinetsperiode. Dit is vertaald naar een advies over een integrale aanpak voor cyberweerbaarheid, inclusief maatregelen en investeringen die het komende kabinet in Nederland moet nemen. Daarbij is de raad ondersteund door Deloitte. Nog niet eerder is in Nederland op deze wijze integraal onderzoek gedaan naar de benodigde verbeteringen en investeringen in cyberweerbaarheid; publiek, privaat en wetenschap hebben samengewerkt aan dit advies. Voor de positionering van Nederland is ook gekeken naar hoe andere vergelijkbare landen de aanpak voor cyberweerbaarheid invullen en zijn succesvolle voorbeelden benoemd.
Bron: cybersecurityraad.nl
Meer info over ‘Cybercrime’?
Tips of verdachte activiteiten gezien? Meld het hier.
Gerelateerde berichten
Afgelopen jaar werd voor bijna 47 miljoen euro aan schade door fraude gemeld bij de Fraudehelpdesk
De Fraudehelpdesk kreeg afgelopen jaar aanzienlijk meer meldingen van cybercriminaliteit binnen. Oplichters veroorzaakten voor ruim 47 miljoen euro aan financiële schade. In totaal kreeg de instantie 530.000 meldingen binnen, een stijging van ruim 50 procent.
Pretexting: Het belangrijkste aspect van pretexting is het vertrouwen winnen
Internetoplichters zoeken steeds weer nieuwe manieren om nietsvermoedende consumenten geld afhandig te maken. Zo nemen criminelen een valse identiteit aan door middel van spoofing of doen ze zich voor als een familielid via WhatsApp-fraude. Nu is er iets nieuws: pretexting. In dit artikel leggen we uit wat het is en wat je ertegen kunt doen.
Ruim helft van de jongeren die ICT-onderwijs volgen plegen cyberdelicten
Een groot deel van de Nederlandse jongeren die ICT-onderwijs volgen, maakt zich wel eens schuldig aan cybercrime. Dit blijkt uit onderzoek van de VU en het NSCR. Toch blijkt het niet zo makkelijk om onderscheid te maken tussen jongeren die ´goede´ en ´slechte´ dingen doen met computers en ICT. Veel jongeren die online de wet overtreden, gebruiken hun ICT-vaardigheden tegelijkertijd om anderen te helpen of zich maatschappelijk in te zetten. Dit betekent dat jonge daders van online delicten kunnen worden gestimuleerd om hun vaardigheden positief in te zetten.
Cyberaanvallen: ‘Een crisismanager moet inhoudelijk snappen waar het over gaat’
De kans dat een organisatie getroffen wordt door een cyberincident is 1 op 8. Maar het voorbereiden op en het oefenen van een cybercrisis wordt nauwelijks gedaan. “Het beperken van de schade zit in een goede voorbereiding”, stelt Job Kuijpers, CEO bij EYE Security.
De politie zoekt partners ter ondersteuning van de ABC campagne
Nog elke dag zien we digitale criminaliteit toenemen. Door verschillende partners worden proactieve, preventieve maar ook repressieve activiteiten ingezet om digitaal slachtofferschap tegen te gaan.
Ruim 30.000 domeinnaamhouders gewaarschuwd voor malware en phishing
De Stichting Internet Domeinregistratie Nederland (SIDN), de organisatie die de domeinnamen voor het .nl-domein beheert, heeft in een jaar tijd ruim 30.000 domeinnaamhouders gewaarschuwd voor malware en phishing. Dat meldt de organisatie in een transparantierapport (pdf onderaan het artikel). Het gaat om de periode vanaf het vierde kwartaal van 2020 tot en met het derde kwartaal van 2021. Bij de meeste gevallen betrof het waarschuwingen voor phishing.